[<Lat. nomenclatuur, Russ., naamlijst], v./m., aanduiding voor de maatschappelijke bovenlaag in de USSR.
© De nomenklatoera is de machthebbende elite in de USSR. Zij is ontstaan onder Stalin uit de bureaucratie die toen binnen de communistische partij de macht overnam van de oude revolutionaire garde. Tot de nomenklatoera behoren de top van de Russische partij- en staatsbureaucratie, de topambtenaren en de hoogste militairen, maar daarnaast ook mensen die sleutelposities innemen in de industrie en in de landbouw, in wetenschappelijke instituten, in het onderwijs en in de journalistiek. In totaal omvat de nomenklatoera ca. 0,3 % van de Russische bevolking. De leden daarvan genieten een salaris dat 3—10 keer zo hoog is als dat van de gemiddelde Russische arbeider. Daarnaast profiteren zij en hun gezinsleden van tal van privileges: zij hebben toegang tot speciale winkels waar zij tegen gereduceerde prijzen alle produkten die zij wensen kunnen aanschaffen, zij kunnen gebruik maken van speciale restaurants en zij hebben recht op speciale woon-, vervoers-, vakantie-, ziekenhuis- en onderwijsvoorzieningen.
Litt. M.Voslensky, Nomënklatura (1980); H.Carrère d’Encausse, Le pouvoir confisqué (1980).
