eigenlijk: Paul Collet, Vlaams schrijver en toneelrecensent, *11.3.1901 Mechelen, ✝ 28.3.1979 Sint-Truiden. Als essayist kreeg Kröjer bekendheid door zijn bijdragen aan bladen en tijdschriften, waaronder Nieuw Vlaanderen.
Hij publiceerde studies en monografieën over de toneellitteratuur in Duitsland, Frankrijk, Rusland, Japan, China en Engeland. Zijn naslagwerk Theater A-Z (2 dln. 1959) geeft een degelijk overzicht Krimpen aan de IJssel. Het EMK-tervan het toneelleven in binnen- en buitenland. In rein aan de Hollandsche IJssel in 1972 Gesprekken onder de schemerlamp (1964) verzamelde Kröjer zijn kritieken over het toneelgebeuren en over dramaturgen. Zijn verhalend proza vond veel minder weerklank. Werken: toneel: Het wonder (1927), De man uit Salzburg (1930), De dubbele moord (1935), De smart van de keizer (1960); essays: De nieuwe zakelijkheid in het Duits toneel (1938), Anton Tsjechow, de dramaturg (1960), Veertig jaar Sowjettheater (1963).
