Woordenboek van Neologismen

Marc de Coster (1999)

Gepubliceerd op 14-06-2017

Kanaalzwemmen

betekenis & definitie

Kanaalzwemmen - (Eng. channel surfing), schertsend voor ‘met de afstandsbediening voortdurend van het ene televisieprogramma naar het andere overschakelen’. Term gelanceerd door de krant Het Parool eind jaren tachtig. In het Franstalige Canada gebruikt men de termen pitonner en faire du saute-chaîne. → zappen.

Om nu nog te voorkomen dat die dombo’s thuis voor de buis die natuurlijk niets anders doen dan de hele avond ‘kanaalzwemmen’ en nauwelijks weten naar welke zender ze kijken, niet eens weten wie al dat moois voorschotelt, heeft men de tv- pleister uitgevonden. Vrij Nederland, 04-08-90

... kanaalzwemmen tussen het levensbeschouwelijke achterland en het commerciële voorland. HP/De Tijd, 18-01-91

Het is de weg van naar vijf of zes programma’s tegelijk kijken, programma’s die elk voor zich niet interessant genoeg zijn om volledig uit te zien, maar waaruit een collage valt samen te stellen die het marginale grensnut van het blijven zitten en je ogen openhouden net overschrijdt. Dat gedrag wordt wel aangeduid als ‘kanaalzwemmen’, een leuke vondst, dat wel, maar recht aan het wezen van deze bezigheid doet ze niet. Bij kanaalzwemmen denk ik aan volharding, monotonie, uitputting, de ultieme wilsinspanning om door te gaan met iets dat vervelend en zinloos is, maar dat nu eenmaal moet gebeuren - en dat is nu juist wat zappen niet is. HP/De Tijd, 19-04-96