Neologismen

Instituut voor de Nederlandse Taal (2020)

Gepubliceerd op 07-04-2020

zetelroof

betekenis & definitie

het bezet-houden van een parlementszetel of raadszetel, nadat de politicus de fractie waarin hij verkozen is, heeft verlaten

De Milliano schrijft in de verklaring dat hij 'grenzeloos grof en respectloos' is behandeld. Daarmee doelt de oud-voorzitter van Artsen zonder Grenzen op de kritiek die loskwam toen hij aankondigde de CDA-zetel op te eisen maar als onafhankelijk Kamerlid te willen opereren. Staatsrechtelijk had hij daar recht op, maar het CDA sprak bij monde van fractievoorzitter De Hoop Scheffer van 'zetelroof'. Ook andere Kamerfracties hadden kritiek op zijn handelwijze. "Mijn inhoudelijke motieven zijn naar de achtergrond verdwenen. Het beeld van zetelroof en macht is blijven hangen."
ANP,

Edwina Molina die een zetel mocht bezetten voor de VVD stapt over naar Groen links in de Almeerse gemeenteraad [...]. De stap van Molina is natuurlijk een grote vorm van zetelroof. Mensen hebben op Molina gestemd vanuit liberaal oogpunt en niet vanuit een oud communistisch oogpunt waar Groen Links voor staat.
http://www.vangellekom.nl/?p=750

< >