Neologismen

Instituut voor de Nederlandse Taal (2020)

Gepubliceerd op 07-04-2020

aanmailbaar

betekenis & definitie

via de e-mail te bereiken; per e-mail bereikbaar; mailbaar

Ik was niet aanmailbaar: werk nog maar 6 uur per dag, met dank aan de BI! En heb een nieuwe, zeer gedreven teamleider, dus van internetten in werktijd komt ook niet veel meer!
http://forum.viva.nl/forum/list_message/394477,

Ruim een week voor de voordracht bespreken we de opzet ervan op mijn spreekuur maandags [...] op mijn kamer [...]. (Uiteraard ben ik ook buiten dit spreekuur aanspreekbaar of aanmailbaar).
http://www.cs.ru.nl/~bolke/SemInf.html,