NBW

Redactie P.C. Molhuysen en PJ. Blok (1914)

Gepubliceerd op 11-05-2022

Massis, daniel

betekenis & definitie

MASSIS (Daniel), of Massys, zoon van Lieven, die volgt. In 1606 aangenomen als alumnus der waalsche kerken, was hij in de jaren 1612-1614 predikant in de zuidnederlandsche Kerken l'Olive en la Vigne.

In 1617 werd hij beschikbaar gesteld voor de kerk van Caen, op voorwaarde dat hij bij oproep terugkeeren zou, een voorwaarde die men 't volgende jaar echter liet vallen, omdat de fransche kerken daarin niet wilden treden. In 1622 werd hij predikant te Grave. In 1626 werd hem hier een zoon geboren, indien althans de opgave juist is, dat Daniel Massisius Graviensis (op denzelfden zal ook de inschrijving van 4 Mrt. 1645 wel zien) bij zijn inschrijving als medisch student aan de leidsche academie op 27 Apr. 1647,21 jaar was. In 1630 werd hij - niettegenstaande er van een aantal leden een protest inkwam - predikant te Rotterdam. In die stad heeft hij gewerkt, tot hij in 1643 op een honorarium van ƒ 1300, waarvan echter nog ƒ 100 voor de ‘servante des escholiers’ af moest, werd aangesteld tot regent van het College der waalsche studenten te Leiden. Niettegenstaande hij een zeer geziene positie innam, heeft die stichting onder zijn beheer geen bloei gekend.

Vóór April 1668 is hij gestorven. Behalve den reeds genoemden Daniel had hij nog twee zonen: Nicolas (predikant te Brielle 1653/5-1670 en Zierikzee 1671 tot zijn dood in 1694) en Jacob, die in 1654 tot alumnus der waalsche kerken verklaard, in 1656 proposant publique in de kerk van Utrecht werd en in 1657 werd aangesteld tot predikant ten huize van den gezant der Staten-Generaal te Brussel.Een minder eervollen staat van dienst vertoont de naamgenoot van laatstgenoemden: Jacobus Massisius, die te Antwerpen ± 1585 is geboren,

7 Mei 1603 als student in de philosophie ingeschreven te Leiden, en 1606 werd aangenomen tot alumnus van het Waalsche College daar; maar wiens vorderingen en gedrag van dien aard waren dat hij in 1609 - na eerst reeds eens gewaarschuwd te zijn - naar Frankrijk werd gezonden. 200 gulden, waarvan hij zijn studiën zou kunnen voortzetten, gaf men hem mee, maar daarvoor bleef hij dan ook, als hij nog eens den eindpaal bereikte, ter dispositie van de Synode. Wel een broer van dezen Jacobus islsaac Massisius geweest, eveneens te Antwerpen geboren, en wel in 1582 of 1583, 7 Mei 1603 te Leiden ingeschreven als philosophisch, 8 Nov. 1606 als theologisch student, in 1608 verbonden aan de kerk l'Olive in de Zuidelijke Nederlanden, daarna werkzaam geweest te Havre en te Keulen, maar in 1611 omdat zijn verblijf in laatstgenoemde stad toen levensgevaar opleverde, en tevens omdat hij ziek was - vandaar vertrokken. Verder woonachtig te Middelburg werd hij - terwijl zijn kwaal toenam - een paar maal financieel door de waalsche Synode gesteund. Vermoedelijk is hij kort na 1613 gestorven ten gevolge eener herhaalde operatie. Niet onmogelijk zijn deze Isaac en zijn broeder Jacob zonen geweest van Livinus (die volgt), evenals David Massisius Middelburgensis, die op 20-jarigen leeftijd, 19 Nov. 1613, als alumnus collegii te Leiden werd ingeschreven.

Literatuur zie bij Lieven M.

van Schelven

< >