woonplaats - zelfstandig naamwoord
uitspraak: woon-plaats
1. plek waar je woont
♢ ik hou van een rustige woonplaats
2. stad of dorp waar je woont
♢ op de stippeltjes moet je je woonplaats invullen
1. zonder vaste woonplaats
[iemand die zwerft]
Zelfstandig naamwoord: woon-plaats
de woonplaats
de woonplaatsen
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk