Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

voorliggen

betekenis & definitie

voorliggen - onregelmatig werkwoord
uitspraak: voor-lig-gen

1. aan de voorzijde liggen
ik wil graag in een appartement dat voor ligt
2. ter discussie staan, behandeld worden
♢ het voorliggende wetsontwerp is erg ingewikkeld
3. een voorsprong hebben
♢ Christiaan lag bij de hardloopwedstrijd al gauw tien meter voor op Kim

Onregelmatig werkwoord: voor-lig-gen
ik lig voor (... ik voorlig)
jij/u ligt voor (... jij voorligt)
hij/zij ligt voor (... hij voorligt)
wij/zij/jullie liggen voor (... wij voorliggen)
ik/jij/u/hij/zij lag voor (... ik voorlag)
wij/zij/jullie lagen voor (... wij voorlagen)
hij heeft voorgelegen
de/het/een voorgelegene ....
voorliggend, voorliggende

< >