verblijden - regelmatig werkwoord
uitspraak: ver-blij-den
1. blij of gelukkig maken met iets
♢ opa verblijdde mij met een nieuwe fiets
Regelmatig werkwoord: ver-blij-den
ik verblijd
jij/u verblijdt
hij/zij verblijdt
wij/zij/jullie verblijden
ik/jij/u/hij/zij verblijdde
wij/zij/jullie verblijdden
hij heeft verblijd
verblijdend, verblijdende
Gepubliceerd op 14-11-2017
verblijden
betekenis & definitie