Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

teruglopen

betekenis & definitie

teruglopen - onregelmatig werkwoord
uitspraak: te-rug-lo-pen

1. zwakker of slechter worden
♢ het aantal klanten van dit bedrijf is teruggelopen
2. weer naar het beginpunt lopen
we moesten 's avonds nog wel teruglopen

Onregelmatig werkwoord: te-rug-lo-pen
ik loop terug (... ik terugloop)
jij/u loopt terug (... jij terugloopt)
hij/zij loopt terug (... hij terugloopt)
wij/zij/jullie lopen terug (... wij teruglopen)
ik/jij/u/hij/zij liep terug (... ik terugliep)
wij/zij/jullie liepen terug (... wij terugliepen)
hij is teruggelopen
de/het/een teruggelopen ....
teruglopend, teruglopende

Synoniemen
achteruitgaan