roven - regelmatig werkwoord
uitspraak: ro-ven
1. iets stelen en daar geweld bij gebruiken
♢ hij roofde de kassa van die winkel leeg
Regelmatig werkwoord: ro-ven
ik roof
jij/u rooft
hij/zij rooft
wij/zij/jullie roven
ik/jij/u/hij/zij roofde
wij/zij/jullie roofden
hij heeft geroofd
de/het/een geroofde ....
rovend, rovende
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk