overgaan - onregelmatig werkwoord
uitspraak: o-ver-gaan
1. naar een hogere klas gaan
♢ ga je over in juli?
2. van de ene toestand in de andere veranderen
♢ langzaam gaat het water over in ijs
3. iets anders gaan gebruiken
♢ we gaan over op aardgas
4. voorbij gaan
♢ die pijn gaat wel weer over
5. rinkelen
♢ de telefoon gaat drie keer over
6. naar de andere kant gaan
♢ we gaan de grens over
Algemene uitdrukkingen:
1. zullen we tot stemming overgaan?
[gaan stemmen]
Onregelmatig werkwoord: o-ver-gaan
ik ga over (... ik overga)
jij/u gaat over (... jij overgaat)
hij/zij gaat over (... hij overgaat)
wij/zij/jullie gaan over (... wij overgaan)
ik/jij/u/hij/zij ging over (... ik overging)
wij/zij/jullie gingen over (... wij overgingen)
hij is overgegaan
de/het/een overgegane ....
overgaand, overgaande
Synoniemen
overschakelen, verdwijnen
Tegenstellingen
blijven
Gepubliceerd op 14-11-2017
overgaan
betekenis & definitie