Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

omtrek

betekenis & definitie

omtrek - zelfstandig naamwoord
uitspraak: om-trek

1. gebied om iets heen
♢ in de wijde omtrek zie je geen huis
2. buitenste lijn
hij tekent de omtrek van een paard
3. afmeting van iets als je eromheen meet
♢ deze boom heeft een omtrek van 1,5 meter

Zelfstandig naamwoord: om-trek
de omtrek
de omtrekken

Synoniemen
contour, nabijheid, omgeving, omtreklijn