Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

koningin

betekenis & definitie

koningin - zelfstandig naamwoord
uitspraak: ko-ning-in

1. vrouw van de koning of vrouwelijke koning
♢ onze koningin is gekroond
1. Jara was de koningin van het bal
[de allermooiste]
2. bepaald schaakstuk
je moet eerst de koningin verplaatsen
3. vrouwelijk bij, mier of wesp
♢ de bijenkoningin zat in de korf

Zelfstandig naamwoord: ko-ning-in
de koningin
de koninginnen
het koninginnetje