klad

betekenis & definitie

klad - zelfstandig naamwoord

1. vuile plek
♢ er zat een klad op mijn jurk
2. eerste, voorlopige versie van een tekst of een tekening
♢ wil je het klad van mijn tekst eens doorlezen?
1. in klad
[in eerste versie]

Algemene uitdrukkingen:
1. bij iemand in het klad staan
[een schuld hebben]
2. iemand bij de kladden hebben/grijpen
[hem te pakken hebben]
3. er komt de klad in
[de zaken gaan steeds slechter]
Zelfstandig naamwoord: klad
het klad
het kladje

Synoniemen
kladversie