gidsen - regelmatig werkwoord
uitspraak: gid-sen
1. rondleiden of de weg wijzen
♢ wie gidst ons uit deze doolhof vandaan?
Regelmatig werkwoord: gid-sen
ik gids
jij/u gidst
hij/zij gidst
wij/zij/jullie gidsen
ik/jij/u/hij/zij gidste
wij/zij/jullie gidsten
hij heeft gegidst
de/het/een gegidste ....
Gepubliceerd op 14-11-2017
gidsen
betekenis & definitie