Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

duchten

betekenis & definitie

duchten - regelmatig werkwoord
uitspraak: duch-ten

1. er angst voor voelen
je hebt niets van hem te duchten

Regelmatig werkwoord: duch-ten
ik ducht
jij/u ducht
hij/zij ducht
wij/zij/jullie duchten
ik/jij/u/hij/zij duchtte
wij/zij/jullie duchtten
hij heeft geducht
de/het/een geduchte ....

Synoniemen
vrezen

< >