buikpijn - zelfstandig naamwoord
uitspraak: buik-pijn
1. pijn in de ingewanden van de buik
♢ Tjeu klaagt al een tijdje over buikpijn
1. ergens buikpijn van krijgen
[er veel zorgen over hebben]
Zelfstandig naamwoord: buik-pijn
de buikpijn
de buikpijnen
het buikpijntje
Gepubliceerd op 14-11-2017
buikpijn
betekenis & definitie