brouwen - regelmatig werkwoord
uitspraak: brou-wen
1. bier of andere drankjes maken
♢ bij Heineken wordt bier gebrouwen
2. de letter R achterin de keel uitspreken
♢ de Fransen brouwen als ze de R uitspreken
3. uit grondstoffen samenstellen
♢ Zeno kookt vanavond: ik ben benieuwd wat hij ervan gebrouwen heeft
Regelmatig werkwoord: brou-wen
ik brouw
jij/u brouwt
hij/zij brouwt
wij/zij/jullie brouwen
ik/jij/u/hij/zij brouwde
wij/zij/jullie brouwden
hij heeft gebrouwen
de/het/een gebrouwen ....
brouwend, brouwende
Synoniemen
bereiden, klaarmaken
Gepubliceerd op 14-11-2017
brouwen
betekenis & definitie