bandrecorder - zelfstandig naamwoord
uitspraak: band-re-cor-der
1. apparaat om geluid mee op band op te nemen
♢ hij heeft het liedje met een bandrecorder opgenomen
Zelfstandig naamwoord: band-re-cor-der
de bandrecorder
de bandrecorders
het bandrecordertje
Gepubliceerd op 14-11-2017
bandrecorder
betekenis & definitie