Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

afgrenzen

betekenis & definitie

afgrenzen - regelmatig werkwoord
uitspraak: af-gren-zen

1. er grenzen tussen leggen of aangeven
je moet duidelijk afgrenzen wat wel en niet tot jouw taak hoort

Regelmatig werkwoord: af-gren-zen
ik grens af (... ik afgrens)
jij/u grenst af (... jij afgrenst)
hij/zij grenst af (... hij afgrenst)
wij/zij/jullie grenzen af (... wij afgrenzen)
ik/jij/u/hij/zij grensde af (... ik afgrensde)
wij/zij/jullie grensden af (... wij afgrensden)
hij heeft afgegrensd
de/het/een afgegrensde ....
afgrenzend, afgrenzende

< >