achterbuurt - zelfstandig naamwoord
uitspraak: ach-ter-buurt
1. armoedige, vaak afgelegen buurt
♢ in die achterbuurt ligt overal vuilnis op straat
1. iemand uit een achterbuurt
[zonder goede manieren]
Zelfstandig naamwoord: ach-ter-buurt
de achterbuurt
de achterbuurten
het achterbuurtje
Synoniemen
gribus
Gepubliceerd op 14-11-2017
achterbuurt
betekenis & definitie