Mokums woordenboek

Ditte Simons en Hans Heestermans (2014)

Gepubliceerd op 08-10-2020

tiet

betekenis & definitie

(vrouwenborst)

1. slappe of laffe vent (net als mem): Tog zou hij even dien tiet van een Thijs een óppor geven, als hij de riemen nam om achter hem uit te turen, QUERIDO I, 176;
2. jeneverfles: Dat (uit kleine glaasjes lurken) is lijpen en aan de tiet van de Lamme (een kroegbaas) liggen, SMIS2 27;
3. portefeuille: Deed ie z’n jasje open, trok ie z’n platvink half te voorschijn. Een tiet poen in die binnenzak ... Ik zag zo’n dikke toeter van allemaal duizendjes, ROLLMAN2 118.