Wat is de betekenis van dapper?

2025-07-17
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Dapper

bn. bw. (-der, -st), 1. zonder vrees in het gevaar (vooral in de strijd), kloek, stout: een dapper soldaat; zich dapper verdedigen; dapper strijden; zich dapper houden (ook iron.); 2. flink : zijn dapper wijfje bezorgt alleen de zaken; klein maar dapper; — (Zuidn.) snel, vlug; 3. (bw. van graad) flink, terdege: ik ben dapper verkouden ; hij...

2025-07-17
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

dapper

dapper - Bijvoeglijk naamwoord 1. geen angst voor gevaar tonend, iemand die dapper is doet moedige, heldhaftige dingen die goed zijn en andere mensen niet durven     ♢ De dappere ridder redde de prinses.     ♢ De dappere journalist durfde zijn mening te laten horen toen alle and...

2025-07-17
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

dapper

dapper - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: dap-per 1. wie niet bang is voor gevaar ♢ de soldaat verdedigde zich dapper in het gevecht Bijvoeglijk naamwoord: dap-per ... is dapperder dan ... ...

2025-07-17
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

dapper

moedig, kloek.

2025-07-17
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Dapper

adj. & adv., dapper, moedich, kibich, manhaftich, kutich, kûtich; klein maar —, lyts mar krigel.

2025-07-17
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

Dapper

vlug, wakker, vief; keurig.

2025-07-17
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

dapper

1 bn.; dapperder, -st (zonder vrees. onverschrokken, sterker dan moedig, zwakker dan stoutmoedig): een - soldaat, klein maar -; 2 bw. (1 op onverschrokken wijze; 2 bw. v. graad: niet weinig, geducht): 1 zich - weren, - meevechten: zich - houden, a) z. - verdedigen, z. flink houden, b) de schijn aannemen of men - is; 2 er - van smullen.

2025-07-17
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

dapper

I. bn. en bw. (-der, -st) 1. flink: klein maar -; zich houden, zich flink houden of doen alsof men dapper is. 2. zonder vrees in het gevaar: een soldaat; zich verdedigen. Syn. driest, kloek, kloekmoedig, koen, kranig, moedig, onbeschroomd, onbevreesd, onversaagd, onverschrokken, stout, stoutmoedig, vrank, wakker. Tgst. ➝ angstvallig, bang. II. b...

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-17
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Dapper

Dapper (Olfert), overl. 1690, Hollandsch geneesheer en geograaf, was geneesheer te Amsterdam, reisde zelf niet, maar gaf vele reisbeschrijvingen uit, waarbij hij ook aanteekeningen van reizigers in handschrift gebruikte en steeds de beste bronnen raadpleegde. Hij gaf beschrijvingen van Afrika, de Afrikaansche eilanden, Indië, Voor-Azië, Palestina,...