Literatuur, Geschiedenis en Theorie

J.A. Dautzenberg (2009)

Gepubliceerd op 06-02-2017

oorlogsroman

betekenis & definitie

De term wordt vrijwel uitsluitend gebruikt voor literatuur over de Eerste en Tweede Wereldoorlog; romans over eerdere oorlogen worden altijd tot de historische roman gerekend.

Veel oorlogsromans zijn fel afwijzend tegen de oorlog en kunnen als zodanig ook tendensromans worden genoemd. Dergelijke romans verschenen in Duitsland na de verloren Eerste Wereldoorlog, zoals Im Westen nichts Neues (1929) van Erich Maria Remarque en de zesdelige cyclus Der grosse Krieg der weissen Männer (1927-57, 6 dln.) van Arnold Zweig. Andere romans over WO I zijn Le feu (1916) van Henri Barbusse en A farewell to arms (1929) van Ernest Hemingway.

Na WO II verschenen met name in de VS belangrijke werken zoals The naked and the dead (1948) van Norman Mailer, From here to eternity (1951) van James Jones en het satirische Catch-22 (1961) van Joseph Heller. Wereldberoemd werd Kaputt (1945) van de Italiaanse schrijver Curzio Malaparte. Nederlandse voorbeelden zijn Het behouden huis (1952, novelle) en De donkere kamer van Damokles (1958) van W.F. Hermans.

Verwant aan de oorlogsroman zijn boeken die niet rechtstreeks de oorlogshandelingen tot onderwerp hebben maar zaken die daarmee verband houden zoals het verzet, de jodenvervolging of de nawerking van de oorlog: De nacht der Girondijnen (1957, novelle) van J. Presser, Kort Amerikaans (1962) van Jan Wolkers, De aanslag (1982) van Harry Mulisch, Otto’s oorlog (1983) van Koos van Zomeren en De tweeling (1993) van Tessa de Loo.