Literatuur, Geschiedenis en Theorie

J.A. Dautzenberg (2009)

Gepubliceerd op 06-02-2017

dadaïsme kunst

betekenis & definitie

Het centrale begrip van het dadaïsme is antikunst: kunst die alleen maar is gemaakt om te laten zien dat kunst maken ook al niets voorstelt. Een voorloper van dada, de futurist Marcel Duchamp (1887-1968), presteerde het - hij was nu eenmaal een beroemd kunstenaar - de gekste dingen in musea tentoongesteld te krijgen: een fietswiel (1913), een kammetje (1916), zelfs een urinoir (1917).

Duchamp noemde deze objecten readymades: gewone fabrieksmatig vervaardigde voorwerpen waarvan gedaan werd alsof het kunstwerken waren. Naast readymades werden de collage, de assemblage (een driedimensionale collage) en de toevalskunst beoefend. Hans Arp liet witte snippers papier op een zwart doek dwarrelen en plakte ze vast. De grootmeester van collage en assemblage is Kurt Schwitters. Als ware dadaïst gebruikte hij voor zijn collages de gekste dingen: gebruikte tramkaartjes, bankbiljetten, officiële brieven, stukjes draad en papiertjes die hij op straat vond. Men heeft hem hierom de ‘archeoloog van de 20e eeuw’ genoemd. Zijn beroemdste assemblage is de Merzbau. De eerste vulde geleidelijk zijn hele huis in Hannover op; het werd in 1943 bij een bombardement verwoest. In 1937 begon hij in Noorwegen, waarheen hij voor de nazi’s was gevlucht, een tweede, nu in de open lucht; het werd in 1951 door spelende kinderen in brand gestoken. Zijn derde begon hij in 1945 in Engeland; het is tegenwoordig te zien in het museum van de universiteit van Newcastle.

Heel belang­rijk is de uitvinding van de fotomontage in Berlijn: het in elkaar monteren van fragmenten van verschillende foto’s zodanig dat ze samen een nieuwe, meestal politiek bedoelde, foto opleveren. De beroemdste is die van John Heartfield uit 1933, waarop de nazi-leider Goering met een bebloede voor­schoot om en een hakbijl in de hand staat te schreeuwen voor het brandende Rijksdaggebouw.

Hiernaast beoefenden de dadaïsten natuurlijk ook het ‘gewone’ modernistische schilderij en beeldhouwwerk. Als belangrijkste dadaschilders gelden de Duitser Max Ernst (1891-1976) en de Spanjaard Francis Picabia (1879-1953); de belangrijkste beeldhouwer is Hans Arp.