Gepubliceerd op 13-06-2017

Panamerikanisme

betekenis & definitie

Stroming die streeft naar een gemeenschappelijke politiek van de Amerikaanse staten.

Het panamerikanisme kwam in de jaren twintig van de negentiende eeuw op, nadat de Latijns-Amerikaanse landen onafhankelijk waren geworden. Het gemeenschappelijke doel was onafhankelijk te blijven en inmenging van mogendheden van buiten Amerika tegen te gaan. De Verenigde Staten vormden vanaf de jaren zeventig van de negentiende eeuw de motor achter het panamerikanisme. In 1889 werd de eerste echte panamerikaanse conferentie in Washington gehouden. Na diverse mislukte pogingen werd in 1910 de Panamerikaanse Unie opgericht. De samenwerking was in de eerste jaren vooral gericht op het handelsverkeer tussen eenentwintig staten in Zuid-, Midden- en Noord-Amerika. Canada hield zich afzijdig van het panamerikanisme.



De betrekkingen tussen de Latijns-Amerikaanse landen en de Verenigde Staten verslechterden rond de eeuwwisseling. De Verenigde Staten manifesteerden zich toen steeds meer als opvolger van de Europese koloniale mogendheden. De presidenten Herbert Hoover en Franklin D. Roosevelt slaagden erin de onvrede van de Latijns-Amerikaanse landen over de imperialistische politiek van de Verenigde Staten weg te nemen door zich niet langer in de interne aangelegenheden van die landen te mengen. Daardoor richtte het panamerikanisme zich in de jaren dertig in toenemende mate op politieke samenwerking.

In 1948 leidde de toonaangevende rol van de Verenigde Staten in het gebied tot de oprichting van de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS), waardoor in plaats van een ad-hocsysteem een formele organisatie ontstond. Een belangrijk doel van het panamerikanisme was sindsdien het vrijwaren van de landen van het continent Amerika van communistische invloeden.