Lexicon Energiemarkt

Jean-Paul Pinon (2003)

Gepubliceerd op 13-09-2021

Misbruik van (economische) machtspositie

betekenis & definitie

Het is ondernemingen verboden misbruik te maken van een economische machtspositie. Dit verbod dat is neergelegd in artikel 24 Mededingingswet, is ontleend aan artikel 82 EG-Verdrag, dat het misbruik maken van een machtspositie verbiedt.

Bij misbruik moet er sprake zijn van een objectief bepaalbare schending van de vrije mededinging, waarbij vooral gedacht kan worden aan aantasting van de markt- en mededingingsstructuur, benadeling van concurrenten in hun concurrentiemogelijkheden en van consumenten in de keuzemogelijkheden voor het afnemen van producten of diensten (zie: HvJ EG, zaak 85/76, Hoffmann-La Roche, Jur. 1979, 461). (zie: Mededingingswet Tekst & Commentaar, p. 52-53).

Een onderneming kan op verschillende wijzen misbruik maken van een economische machtspositie. In artikel 82 EG-Verdrag wordt een opsomming gegeven van gedragingen die met name misbruik op kunnen leveren. Het betreft:

a) het rechtstreeks of zijdelings opleggen van onbillijke aan- of verkoopprijzen of van andere onbillijke contractuele voorwaarden;
b) het beperken van de productie, de afzet of de technische ontwikkeling ten nadele van de verbruikers;
c) gelijkwaardige prestaties, hun daarmede nadeel berokkenend bij de mededinging;
d) het feit dat het sluiten van overeenkomsten afhankelijk wordt gesteld van het aanvaarden door de handelspartners van bijkomende prestaties, welke naar hun aard of volgens het handelsgebruik geen verband houden met het onderwerp van deze overeenkomsten.

Het nastreven, hebben of langs normale weg versterken van een economische machtspositie is niet verboden op grond van artikel 24 Mededingingswet. Er moet sprake zijn van misbruik.

Zie ook: economische machtspositie.

< >