(fluor albus, vloeien): bijna altijd een teken van schede- en baarmoedercatarre. Kou vatten, koude voeten, lichamelijke en nerveuze uitputting kunnen er de oorzaak van zijn.
In het begin slijmig heldere afscheiding, die steeds meer slijmig-etferig wordt. Vaak zijn schede en baarmoeder pijn-gevoelig, ook zwaar gevoel in de onderbuik. Bij chronisch verloop zijn er meestal geen bijzondere klachten. Behandeling: gezonde, niet-prikkelende kost, koude voeten behandelen, stoelgang regelen. Warme zitbaden met heermoes of eikeschors, daarna koud afwassen, lendenwikkel. Wassing van bovenlichaam, dagelijks afwisselend lang zitbad, koud kort zitbad en begieten vanaf dijbeen. Alleen spoelen bij zeer sterke vloeiing, nooit langdurig.
Inwendig: thee van dovenetelbloemen, heermoes, zilverschoon. Homeopathie: Aesculus hippocastanum D2, Alumina D6-12, Arsenicum D4-10, Pulsatilla D3-6, Jodum D3-4, Lilium tigrinum D2-3, Graphites D6-12, Kalium phosphoricum D6, Kreosotum D4-6; zie ook Baarmoederontsteking.
