Lexicon der Natuurgeneeskunde

Ernst Meyer Camberg (1981).

Gepubliceerd op 11-06-2020

Sputum

betekenis & definitie

(spuwsel): door kuchen of hoesten uitgeworpen slijm, dat afgescheiden is door het slijmvlies van keelholte, strottehoofd, luchtpijp en bronchiën. Het is normaal dat ’s morgens na het ontwaken wat slijm loskomt.

Grotere hoeveelheden, vooral wanneer er bloed en etter in aanwezig zijn, duiden op een ziekte van de luchtwegen en vragen om medische opheldering. Onderzoek naar bacteriën in het s. kunnen in dat geval belangrijke aanwijzingen opleveren, speciaal in het onderzoek naar tuberculose. Wanneer tuberkelbacillen aantoonbaar zijn in het s. is er een open tuberculose, die in verhoogde mate besmettelijk is en door het sputum (door uitsmeren, opdrogen, verstuiven) via de druppelinfectie kan worden overgedragen. S. desinfecteren in geval van open tuberculose met kalkmelk, Zephirol, chloorkalk. Gebruikt servies en bestek uitkoken.