(strabismus): men onderscheidt beweeglijk en onbeweeglijk s. Het onbeweeglijke s. berust op een verlamming van de oogspieren door stoornissen van hersenen of zenuwen ten gevolge van bloedingen, zenuwontsteking door vergiften (infectie bij verkoudheid, reumatiek, stofwisselingsvergiften bij suikerziekte).
Bij het beweeglijke s. kan het oog zich naar alle kanten bewegen, maar het kan niet gelijk geschakeld worden met het gezonde oog, zoals in de normale toestand gebeurt. Het oog staat vaker naar binnen dan naar buiten. Brekingsfouten in het oog (bij- en verziendheid) kunnen beweeglijk s. veroorzaken en door de overeenkomstige behandeling kan ook het s. verholpen worden. Men kan de oogspieren en -zenuwen sterker maken door warme omslagen met hooibloemen, met direct daarna begieten van het gezicht, door dagelijks meerdere wassingen van het gezicht. Daarnaast, voor algehele versterking op blote voeten lopen, begieten vanaf bovenbeen en van het bovenlichaam, leemwaterhemden, zitbaden. Operatie moet niet te vroeg, over het algemeen niet voor het 10de levensjaar uitgevoerd worden.