prov. in het W. van Nederland. 2927 km2. Op de duinenrij en de daarachter gelegen geestgronden na bestaat de bodem zo goed als geheel uit laagveen en zeeklei.
De bodem van de Zuidhollandse eilanden: Rozenburg, IJselmonde, Voorne-Putten, Hoekse Waard, Goeree-Overflakkee, enkel zeeklei. Daar het land beneden A.P. ligt, is het verdeeld in polders met kunstmatige lozing. Het is de dichtstbevolkte provincie (2.308.382 inw.) van Nederland, met twee steden boven 500.000 inw. Veeteelt (in hoofdz. melkveehouderij) is belangrijker dan landbouw. Van de 232.035 ha cultuurgrond in 1946 waren 71.818 ha ingenomen door bouwgrond, 139.127 ha door weiden, 16.351 door tuingrond, 3.434 ha voor de teelt van bloembollen.