een lange, smal opgevouwen, meestal gebatikte doek, die bij verschillende volkeren van Indonesië door de vrouwen wordt gedragen. Zij wordt dubbel toegeslagen en zó over de schouders gelegd, dat aan de rechterzijde de beide slippen lang van voren afhangen.
Het kledingstuk dient als sieraad of ook om er iets in mede te voeren; in het bijzonder draagt de moeder er haar baby in.