(ca 480-410 v.C.), Gr. wijsgeer uit Abdera, de belangrijkste der sophisten*. Leerde de subjectiviteit van alle kennis en de relativiteit van elke waarheid: „de mens is de maat van alle dingen, van het zijnde, dat het is, en van het niet-zijnde, dat het niet is.” Van atheïsme beschuldigd werd hij uit Athene verbannen en verdronk op zijn vlucht naar Sicilië.
P. is tevens de naam van een der dialogen van Plato.