een van de belangrijkste landbouwwerktuigen, waarmee de teeltlaag van de akker tot op elke gewenste diepte wordt losgemaakt, zodat plantenwortels beter kunnen doordringen, ventilaties en goede waterafvoer bevorderd worden. Oorspronkelijk bestond de P. uit een trekbalk met een ploegmes aan de achterzijde.
De moderne ploegen zijn zodanig geconstrueerd, dat er geen open greppels blijven, maar door het draaien van de ploegijzers voor naast voor komt te liggen. Bestaat o.a. uit mes (kouter), schaar met strijkbord (rister), staart met handvaten.