De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Gepubliceerd op 13-06-2020

Peter Tsjaikowskij

betekenis & definitie

(1840 -1893), Russ. componist, pas op 23e jaar met muziekstudie begonnen, componist en compositieleraar te Moskou, sedert 1887 reizend als dirigent van eigen werken. Zijn kracht ligt meer in lyriek dan in dramatiek, en wel spec. in vindingskracht, kleurenrijkdom en snel aanspreken zijner muziek, die bij alle romant. beïnvloeding toch wel typisch Russ. blijft; van de Fr. heeft hij de gratie der grote lijnen in zijn werken.

Hij schreef o.a. 10 opera’s (w.o. Eugen Onegin, naar Poesjkin, 1877, en Schoppenvrouw, 1890), toneelmuziek, balletten (Notenkraker, 1892; Zwanenmeer e.a.), 7 symph. (beroemd de Pathétique of 6e, verder de 5e en de 7e), 6 orkestsuites, 11 ouvertures en symph. gedichten, 3 pianoconcerten, 2 klavierfantasieën, werken voor viool en orkest, kamermuz., klavierwerken, liederen, koren, kerkzangen enz.

< >