(1), (muz.), oorspr. geestelijk muziekdrama (geheten naar de daarvoor ingerichte „oratoria’' of bidzalen), thans groot werk voor koor, soli en orkest met geestelijke, soms ook wereldlijke inhoud;
(2) een zelfstandige kapel, die dus geen deel uitmaakt van een kerkgebouw en in eerste instantie niet bestemd is voor het algemeen gebruik van de gelovigen. In verband met de mogelijkheid voor de gelovigen om daar hun Zondagsplicht te vervullen worden de oratoria ingedeeld in openbare, halfopenbare en private oratoria.