beter: glycerinetrinitraat, C3H5 (NO3)3, uiterst explosieve niet-ongiftige verbinding, in 1847 door Sobrero, Turijn, ontdekt. Ontstaat door verstuiving van glycerine in nitreerzuur, bij temperaturen tussen 10 en 20 gr.
C. N. komt dan als een kleurloze olie bovendrijven. S.G. 1,6 en sm.pt 2,2 gr. C. en 13,3 gr. C (dimorfie); inademen van de damp veroorzaakt hoofdpijn. Om explosiegevaar bij vervoer te verminderen laat men ca 75 % N. door 25 % kiezelzuur opzuigen (dynamiet). 7-8 % collodiumwol in N. opgelost geeft elastische massa, springgelatine, die bij ontploffing geen vaste bestanddelen achterlaat.
Bij zeer zwaar geschut gebruikt men een mengsel van 20-30 % nitroglycerine en 70-80 % collodiumwol, ballistiet, cordiet. In de geneesk. wordt een 1 % oplossing van N. in alcohol gebruikt, die de bloedvaten verwijdt en de bloeddruk verlaagt.