De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Gepubliceerd op 13-06-2020

Langobarden

betekenis & definitie

Longobarden, Germ. volk, bij aanvang onzer jaartelling aan de benedenloop der Elbe wonende. Trokken in 2e eeuw zuidwaarts en vestigden zich in Pannonië (Hongarije), vanwaar zij in 568 onder hun koning Alboin naar Italië trokken.

Zij stichtten een rijk in de Povlakte (Lombardije). Geleidelijk breidden zij dit naar het Zuiden uit en kwamen zodoende in conflict met de Pausen. Stephanus II (752-757) verkreeg hulp van Pepijn de Korte, die de door de L. veroverde gebieden aan de Paus schonk, hetgeen het begin van de Kerkelijke Staat werd. In 774 maakte Karel de Grote aan het rijk der L. een einde.

< >