bergstelsel van het N.O. uiteinde der Adriatische Zee tot aan het Balkanschiereiland, voortzetting der Z. Kalkalpen.
Door oplossing van de kalksteen gaat de bovengrondse afwatering over in de ondergrondse en treden merkwaardige oppervlaktevormen op: karren*, trechtervormige inzinkingen (dolinen), druipsteengrotten. Alle kalkgebieden waar dergelijke karstverschijnselen optreden, worden karstgebieden genoemd.