(1892), aartsbisschop van Esztergom en primaat van Hongarije (sinds 1945), kardinaal (1946). In 1919 op grond van zijn actie tegen het communistisch regiem van Bela Kun gevangen gezet.
Na de bezetting van Hongarije door Nazi-Duitsland veranderde hij zijn oorspronkelijke Duitse naam Prehm in AL; in 1944 door de Duitsers gevangen genomen, 1945 bevrijd door de Russen. Zijn verzet tegen de anti-godsdienstige maatregelen der communistische volksdemocratie was oorzaak dat hij opnieuw werd gearresteerd (26 Dec. 1948) en, beschuldigd o.a. van deviezensmokkel, na een zeer geruchtmakend proces tot levenslange gevangenisstraf veroordeeld.