Henry, (1863-1947), Amerikaans industrieel. Hield zich in zijn jeugd bezig met de vervaardiging van landbouwgereedschappen en in 1892 maakte hij zijn eerste auto.
Op 17 Juni 1903 stichtte hij de Ford Motor Company, die sinds 1919 geheel zijn eigendom was. De voornaamste fabrieken zijn gevestigd te Detroit. Zij heeft zich ontwikkeld tot een van de grootste auto-producenten ter wereld en brengt haar wagens tegen betrekkelijk lage prijs op de markt. Behalve auto's worden o.a. ook vliegtuigen gemaakt. Ten einde onafhankelijk te zijn in zijn grondstoffenvoorziening heeft F.- zich ook de beschikking verschaft over hoogovens, kolenmijnen, rubberplantages, enz. In tal van landen heeft hij dochtermijen opgericht.
De belangrijkste is de Engelse Ford Motor Company Lid, die op haar beurt weer dochter-ondernemingen heeft o.a. in Nederland, België, Frankrijk en Duitsland. F. heeft verschillende publicaties het licht doen zien op economisch, politiek en wijsgerig terrein. Bekend is zijn koopkrachttheorie: vermeerdering van productie moet gepaard gaan met verhoging der lonen, om de koopkracht te verhogen. Hij is de auteur van My life and work.Ford Madox (18731939), Engels dichter, criticus en romanschrijver. Leidde de English Review (opgericht 1908), werkte samen met J. Conrad. Was groot kenner en verbreider der continentale literatuur, speciaal de Franse. Begon in 1924 een romancyclus over Engeland en W.O. I; de eerste was Some do not.
John (1586-1640), Engels dramaschrijver, werkte veel samen met Thomas Decker. Zijn treurspel 'T is a pity, she is a whore, is aangrijpend hoewel soms stuitend.
