volgens Ned. wet van 28 Mei 1925 (S. 204) vereniging van personen, waarbij in- en uittreding van leden is toegestaan en die de behartiging van de stoffelijke belangen der leden ten doel heeft, door gemeenschappelijke uitoefening van hun nering of ambacht, door aanschaffing van hun benodigdheden of door verschaffing van crediet. Wordt opgericht bij notariële acte.
In naam moet woord „coöperatief” voorkomen. Volgens wet zijn leden voor gelijke delen aansprakelijk voor tekorten der C., tenzij deze aansprakelijkheid bij acte van oprichting is gewijzigd of uitgesloten. Aan het eind van de naam moeten dan ook steeds de letters W.A. (wettelijke aanspr.), G.A. (gewijzigde aanspr.) of U.A. (uitgesloten aanspr.) vermeld staan. In Blg. wordt de C. geregeld bij art. 141-164 van de samengeschakelde wetten op de handelsvennootschappen. De C. kan zowel bij notariële, als bij onderhandse acte worden opgericht.
