met buitengewone macht beklede bestuurder van Ned-Indië, die boven de Gouverneur-Generaal stond. Sedert Staatsregeling van 1854 kon geen C. meer benoemd worden.
In het begin der 19e eeuw zijn er verscheidene geweest: in 1806 benoemde koning Lodewijk een drietal, dat echter nooit in functie is geweest; in' 1816 werd het bestuur van de Engelsen overgenomen door de 3 C.: C. T. Elout, G. A. G. P. baron van der Capellen en A.
A. Buyskes; van 1825-1830 trad als C. opL. P. J. burggraaf du Bus de Ghisignies en ten slotte van 1832-1834 J. van den Bosch. In 1946 werd wederom een uit 3 leden (prof. ir W. Schermerhorn, Max van Poll en F. de Boer) bestaande Commissie-Generaal benoemd. Deze had echter ander karakter: zij stond niet boven de G.-G. en had ook geen besturende taak, doch moest te zamen met de Lt.-G.-G. dr Van Mook, die er ook ambtshalve lid van was, nieuwe rechtsorde voorbereiden, met name door onderhandelingen met de „Repoeblik Indonesia”.