(in het Ital. Colombo, in het Spaans Christobal Colón) (1446/7-1506), de ontdekker van Amerika.
Geb. te Genua, zoon van een lakenwever. Vatte reeds vroeg het plan op - steunend op de mening van Toscanelli - om Indië van het W. uit te bereiken. Verkreeg, na enige mislukte pogingen om steun voor zijn plannen, van lsabella van Castilië in 1492 3 schepen, waarmede hij 3 Aug. de tocht ondernam. Op 12 Oct. landde hij op Guanahani, een der Bahama-eilanden. Ontdekte verder Cuba en Haïti (Hispaniola) en keerde Jan. 1493 terug. Deed een tweede tocht 1493-1496, ontdekte Jamaica en Portorico en stichtte lsabella op Hispaniola.
Op een derde tocht (1498-1500) bereikte hij Trinidad en de mond van de Orinoco. Zijn vijanden beschuldigden hem echter van machtsmisbruik en bewerkten de zending van Bovadilla, die C. in boeien naar Spanje opzond. In eer hersteld ondernam C. nog een 4e reis (1502-1504), waarin hij langs de kust van Centraal-Amerika voer. Hij overleed te Valladolid, zijn gebeente rust thans te Sevilla. Het is zijn gehele leven tot C. nooit doorgedrongen, dat hij een nieuw werelddeel ontdekt heeft.