(1), landschap, voormalige prov., in N.O.-Frankrijk, tussen Maas/Oise en Yonne. 15.000 km2, ong. 700.000 inw. Belangrijke rivieren zijn Marne, Aube, Aisne, Seine en Yonne, de belangrijkste steden Reims, Epernay, Sedan, Châlons-sur-Marne, Troyes, Langres.
Krijtgebied. Het land bestaat uit een reeks hoogvlakten, door smalle, ondiepe dalen doorsneden. Op de hoogvlakten schapen- en rundveeteelt, op de dalhellingen wijnbouw. Voornaamste voortbrengselen: champagnewijn, graan, vuursteen, krijt;(2) bruisende wijnsoort, uit het Franse gewest Champagne afkomstig (centra: Reims, Epernay, Ay). Volgens de legende is het zgn. champagnisatieproces - de ingewikkelde bereidingsmethode, waarbij verschillende stoffen, met name suiker, in het vruchtsap worden gebracht en meerdere gistingen bij gesloten fles moeten plaatsvinden — een uitvinding (1635) geweest van de monnik Dom Pérignon, uit een klooster boven Ay.