Arthur Neville, (1869-1940), Eng. staatsman. Sedert 1918 cons. lid van het Lagerhuis. 1931 min. v.
Financiën, 1937-1940 Eerste Minister. Trachtte tot elke prijs met de dictatoren Mussolini en Hitler vrede te houden (1938); erkende de verovering van Abessynië, protesteerde slechts formeel tegen de overweldiging van Oostenrijk, zocht zelf Hitler in Berchtesgaden en Godesberg op en sloot met deze de overeenkomst van München (29/30 Sept. 1938), waarbij Tsjechoslowakije gedwongen werd het Sudetenland af te staan. Gaf na de bezetting van Tsjechoslowakije (Maart 1939) een garantie aan Polen en verklaarde, na Hitler’s aanval op dat land (1 Sept. 1939) Duitsland 3 Sept. 1939 de oorlog. Trad bij de Duitse aanval op het Westen 10 Mei 1940 af en werd opgevolgd door Churchill.Joseph (1836-1914), Eng. staatsman. Eerst schroevenfabrikant, 1873-1876 burgemeester van Birmingham, 1876 lid van het Lagerhuis (radicaalliberaal), 1880-1885 min. van Handel in kabinetGladstone. Kon zich niet met „Home Rule” voor Ierland verenigen, brak met Gladstone en stichtte de partij der liberale Unionisten.
1895-1903 min. van Koloniën in het Kabinet Salisbury; zijn beleid maakte oorlog met de Z.-Afrik, republiek (1899-1902) onvermijdelijk. Werkte sinds 1903 voor een beschermend tarief en een tolunie met de koloniën.
Joseph Austen (1863-1937), Engels staatsman. Sedert 1892 lid van het Lagerhuis (Unionist). 1924-1929 min. van Buitenlandse Zaken, sloot met Briand en Stresemann in 1925 het Locarno-pact. 1926 Nobelprijs voor de vrede.
Houston Stewart (1855-1927), Eng.-Duits schrijver, zoon van een Eng. generaal, genatural. Duitser, in 2e huwelijk schoonzoon van Rich. Wagner. Door Gobineau* beïnvloed, beschouwde hij de ,,Noords-Arische” geest als eigenlijke cultuurdrager en daarmee stelde hij zich op de bres voor de Duitse politieke oogmerken. Deze voorloper van Hitler*’s ,,rassenpolitiek” was een briljant maar oppervlakkig auteur, van wiens werken de theoretici van het nationaalsocialisme (Rosenberg e.a.) zich gaarne bedienden.
