rechtscollege, dat in Ned. de burg. rechtspraak in eerste aanleg uitoefent, voor zover deze niet aan een ander gerecht is opgedragen. In strafzaken zijn de A. in eerste aanleg bevoegd t.a.v. misdrijven (behalve eenvoudige stroperij) en t.a.v. sommige overtredingen, t.w. belasting- en economische overtredingen.
Zij bestaan uit een president, een of meer vice-presidenten en een aantal rechters. Het O.M. wordt waargenomen door een Officier van Justitie, meestal bijgestaan door een of meer substituut-officieren. De rechtbank heeft voorts een griffier en, behalve de kleinste, substituut-griffiers. Gewoonlijk spreekt de A. recht met 3 rechters. Eenmansrechtspraak vindt echter plaats door de kinderrechter, de politierechter, de economische politierechter en de enkelvoudige kamer voor burg. zaken. Er zijn 19 A., nl. te Amsterdam, Rotterdam, 's-Gravenhage, Groningen, Leeuwarden, Assen, Zwolle, Arnhem, Utrecht, Haarlem, Middelburg, ’s-Hertogenbosch, Maastricht, Almelo, Zutphen, Alkmaar, Dordrecht, Breda, Roermond.
