Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

Gepubliceerd op 20-09-2019

basilica

betekenis & definitie

(Lat.) basiliek, v.

1 oorspronkelijk de koninklijke of vorstelijke hal, waarin de archon-basileus (de a r c h o n, die het toezicht over de godsdienst en de criminele processen had) te Athene rechtspraak hield; bij de Romeinen wat wij de Beurs noemen, met aansluitende ruimte, het tribunaal voor de rechtspraak;
2 langwerpig gebouw met op zuilen of pijlers rustend middengedeelte, in welke verhoging rechts en links vensters aangebracht zijn;
3 i. d. eerste eeuwen v. h. Christendom kerkgebouw v. vorstelijke stichting, terwijl de naam ook als eretitel door de Paus aan sommige kerken werd (wordt) verleend, al hebben zij ook niet de basiliekvorm; hoofdkerk.

< >