v. patrouilles (Fr.mil. 1 het patrouilleren, het doen van de ronde in een stad, kamp enz. met het doel om voor de veiligheid te zorgen, te verkennen enz.; 2 de personen, die de ronde doen enz.; rondgaande soldatenwacht, wachtronde):
1. op patrouille gaan, de patrouille doen;
2. de officier der patrouille; de patrouille raakte slaags, (ouille = oelje).